Het is alweer een hele tijd geleden dat ik zwanger was van ons kind. Maar wat ik me nog maar al te goed herinner, is hoe versteld ik er van stond hoe veel mensen aan je buik dachten te mogen zitten.
En gek genoeg waren dat niet eens mijn vriendinnen of mensen die dicht bij me staan, maar vaak zelfs vage kennissen, toevallige voorbijgangers en collega’s. Nu weet ik niet hoe het met jullie zit, maar ik ben best wel gehecht aan mijn personal space. Natuurlijk, ik knuffel mijn naasten en goede vriendinnen graag. Maar van vreemden wil ik toch eerst wat meer weten, alvorens ze fysiek toenadering mogen zoeken.
Ik begrijp dat zo’n uitpuilende buik (zeker die van mij, ik leek wel een drieling te dragen!) uitnodigend is. Een soort fysiek uithangbord. En ik vond het helemaal niet erg als mensen iets zeiden of vroegen over de zwangerschap. Maar dat aanraken, dat hoefde van mij nou ook weer niet. Er was zelfs een collega die het leuk vond om me telkens te verrassen door me van achteren te besluipen, en dan opeens die twee handen op mijn buik. Uh. Pardon?
Er waren ook mensen die mijn loopje gingen na doen. Vonden ze grappig. Waggel, waggel, waggel. Hilarisch hoor, althans dat vonden zij. Ik niet zo. Ach ja.
Als er vrouwen in mijn naaste omgeving zwanger zijn, voel ik ook wel die behoefte om er even een hand op te leggen. Maar wetende dat niet iedereen daar zomaar van gediend is, vraag ik het altijd even van te voren. Wel zo netjes, toch?