Ze staat voor me bij de drogist. Ze heeft hakken aan, een rok, krullen in haar korte grijze haren. Ze heeft zelfs nog best hippe oorbellen. Aan het beven van haar handen en de rimpels in haar fijne gezicht, zie ik dat ze behoorlijk op leeftijd is. Maar aan hoe ze zich door de drukke winkel beweegt, is dat niet te merken.
“U moet van deze dan twee iedere ochtend nemen, en twee iedere avond.” roept de eigenaresse van de drogist op standje hardhorenden.
“Ik hoor je prima hoor. En ik neem er ’s ochtends maar één. Als het mis gaat, lees je het volgende week in de krant bij de overlijdensberichten.” grinnikt ze.
“Toedeloe!” roept ze, terwijl ze vlotjes de winkel uit loopt.
De mensen achter me in de rij lachen om haar bijdehand gedrag.
“Ze is vijfennegentig, geloof je dat?” zegt de eigenaresse tegen me, terwijl ik mijn spullen neer leg op de toonbank.
“Wow!”
“Ja, en ze rijdt nog auto, woont zelfstandig, doet alles nog zelf, is op de hoogte van actualiteiten, ongelofelijk.”
“Nou, zo wil ik ook wel oud worden.” antwoord ik.
“En dan die humor hè. Vorige week waren we wat zaken aan het omgooien in de winkel, stond ze er opeens bij, helpen met dozen verplaatsen. Ze bukt zich soepeler dan ik!”
Terwijl ik de winkel uit loop, denk ik aan al die mensen, die die leeftijd niet (hebben) mogen halen. Als ik ooit vijfennegentig word, ga ik ook helpen dozen sjouwen. En neem ik ook precies zo veel tabletten, maak ik ook zulke grappen en draag ik net zo’n hakken en oorbellen. Want geef haar eens ongelijk: als je zo oud mag worden op zo’n manier, moet je dat elke dag vieren.
Klinkt helemaal als de tante van mijn moeder. Pas 90 geworden, het enige wat ze heeft is een bril en sinds kort een gehoorapparaat. Ze doet alles nog en geniet met volle teugen.
Alleen al door naar haar te kijken word ik blij. Diep respect hoor
LikeLike